Picton
Vanuit het Noordeiland reis je in zo’n drie uur met de ferry naar het plaatsje Picton op het Zuidereiland. Mijn eerste stop hier was het Abel Tasman National Park. Voor een avonturier als ik is dit een waar paradijs. Het nationale park kent gouden stranden, watervallen en hangbruggen, turquoise wateren en groene tropische bossen. Het de ideale plek om te gaan kajakken en toffe hikes te maken. Mocht je de tijd hebben, dan is de Abel Tasman Coast Track een echte aanrader. Deze wandelroute van zo’n 60 kilometer neemt zo’n drie tot vijf dagen in beslag.
Franz Josef
Via een panoramische bergweg tussen de zee en de Zuidelijke Alpen reed ik zuidwaarts richting Franz Josef. Hier bevindt zich de gelijknamige gletsjer die aan de voet grenst aan het regenwoud. Wil je een unieke ervaring beleven en op de gletsjer zelf wandelen? Maak dan een heli-hike waarbij je met een helikopter op de gletsjer wordt afgezet. Vervolgens verken je te voet de blauwgroene ijsgrotten en felblauwe spelonken. Ben je een echte adrenaline junkie? Ga dan skydiven boven dit fantastische gebied!
Queenstown
De mooiste route van deze reis was die naar Queenstown. Deze weg loopt door het hartje van het Fiordland National Park en geeft adembenemende uitzichten op bergpieken, heldere meren, vele watervallen en de Milford Sound. Dit is een diep fjord dat omringd is door hoge kliffen. Als je van avontuur houdt, maak dan zeker een stop in avontuursstad Queenstown. Hier kun je de wereldberoemde bungeejump wagen vanaf de Kawarau Bridge. Toch meer een watersportliefhebber? Ga dan raften op de helderblauwe Shotover River tussen de steile rotsen.
Christchurch
Mijn laatste stop van deze onvergetelijke reis door Nieuw-Zeeland was Christchurch, een kunstzinnige stad bekend om haar mooie botanische tuinen en levendige centrum. Een leuke tip is om met de kabelbaan naar de top van de Christchurch Gondola te gaan voor een prachtig uitzicht op de bergen en de stad.